vrijdag 31 oktober 2014

Jaarlijkse Evenementen

Mensen die mij al langer kennen, weten dat er, over het algemeen, twee evenementen zijn waar ik ieder jaar opnieuw weer aan mee doe.

Over het algemeen houd ik heel erg van vastigheid, dat ik weet waar ik aan toe ben en wanneer mij iets te wachten staat. Jaarlijks terugkerende evenementen helpen daar heel goed mee, aangezien ik weet dat ze er aan komen en ik me er dus afdoende op kan voorbereiden.

Een voorbeeld van zo'n evenement zou het jaarlijks terugkerende zomerkamp zijn, waarbij ik met mijn verkenners een week lang op pad ga en na die week moe, chagrijnig en voldaan weer terugkeer naar huis. Dat is echter niet echt relevant op het moment.

Met november om de hoek is het voor de mensen die mij kennen echter wel duidelijk wat er aan de hand is en wat er aan zit te komen.

Al sinds 2010 doe ik ieder jaar mee aan NaNoWriMo, het jaarlijkse schrijfevenement waarin je dertig dagen besteedt aan absolute literaire overgave en alles op alles zet om, in die dertig dagen, een min of meer samenhangend verhaal van minstens 50.000 woorden op papier te zetten. Kwantiteit neemt duidelijk de voorkeur over kwaliteit en iedereen wordt aangeraden om in ieder geval iedere dag minimaal 1.666 woorden te schrijven om maar dat minimum van 50.000 woorden te halen.




Toen ik vorig jaar, in 2013, de uitdaging voor de vierde keer op rij met succes had afgerond, vroeg ik me af of ik dit jaar mijn gebruikelijke modus operandi aan moest passen. Ik had er zelfs een blogje over gepend destijds, waarin ik me af vroeg of het misschien beter zou zijn om mijn dagelijkse quota van 5.000 woorden te verhogen naar 7.500 woorden, maar uiteindelijk besloot ik dat het, naast een fulltime baan, waarschijnlijk onmogelijk zou zijn om vol te houden.

Toen ik dat blogje pende, kon ik natuurlijk niet voorzien dat ik van begin mei tot nu druk bezig zou zijn met vruchteloos werk zoeken en dat ik er, tot gisteren, van uit ging dat ik november werkloos in zou gaan. Maar na wat ik vandaag te horen kreeg, begon ik te vermoeden dat ik misschien toch een beetje een vooruitziende blik had.

Inderdaad, vandaag werd ik gebeld door de jongen met wie ik gisteren een sollicitatiegesprek heb gehouden. Hij en zijn compagnon waren tijdens het gesprek al sterk positief en begonnen al met dingen te komen die ik bij hen in het bedrijf zou kunnen doen, maar ze wilden het er eerst nog even over hebben zonder mij erbij. Ze zouden me terug bellen en vanmiddag hebben ze dat dan ook gedaan. Er zijn nog wat formaliteiten af te ronden, maar we zijn het er alledrie mee eens dat ik het beste zo snel mogelijk kan beginnen als directieassistent.

Nu is het natuurlijk fantastisch om een baan te hebben, ook al is het een sterk gesubsidieerde baan die mij maar 500 euro per maand oplevert, ik krijg eindelijk de kans om wat relevante werkervaring op te doen die niet van de Albert Heijn komt. Het betekent echter wel dat ik niet alleen verwacht wordt om fulltime beschikbaar te zijn, ook wordt er van mij verwacht dat ik flexibel ben met mijn tijden. Het kan zijn dat ik de ene dag gewoon van negen tot vijf aan het werk ben met een project en dat ik de hele dag ongestoord aan de slag ben, maar het kan ook zijn dat de directie naar een evenement moet en een BOB nodig heeft.

De kans is dus redelijk aanwezig dat ik die dagelijkse 5.000 woorden niet ga halen, puur omdat ik het, naast de Albert Heijn, Alltime BV en alle andere dingen die ik regelmatig doe (Dungeons and Dragons met mijn vrienden, de 30 day challenges, scouting...), gewoon te druk heb om die twee en een half uur per dag uit te trekken...

Dit jaar is, na 2010, ook het jaar dat ik me, naar mijn idee, het slechtste heb voorbereid op het verhaal dat ik ga schrijven. In 2010 kreeg ik voor het eerst van een vriend te horen dat er een concept is als NaNoWriMo, en die vriend nodigde mij ongeveer vijf dagen voor het evenement daadwerkelijk begon uit om er ook aan mee te doen, omdat hij wist dat ik ook van schrijven hield. Ik besloot toen om, in alle haast, een concept waar ik al een tijdje mee speelde uit te gaan werken, maar het was redelijk gehaast en de notities die ik in die vijf dagen had gemaakt waren niet genoeg om naar het einde van het verhaal te leiden.

Uiteindelijk was het wel genoeg om de 50.000 woorden te halen en heb ik, uiteindelijk, dat verhaal en het vervolg er op ook uitgegeven.

 
Dit jaar heb ik me ook weer beroerd voorbereid. De notities die ik heb zijn goed voor de helft, misschien tweederde van het verhaal dat ik wil schrijven, maar dat betekent niet dat ik het verhaal niet af zou kunnen ronden. Ieder jaar zie ik weer dat, als ik een beetje in de zone ben, mijn karakters het verhaal over nemen en het in richtingen sturen die ik zelf nog niet eens bedacht had. Ieder jaar zie ik weer dat het einde dat ik uit mezelf tik vaak beter is dan het einde dat ik gepland had, waarbij ik mijn notities vaak zelfs nog wat aanpas, als ik ze al had.

Ik heb er dus wel wat vertrouwen in.

Het tweede jaarlijkse evenement waar ik het over wilde hebben neemt gelukkig niet zo veel tijd in als NaNoWriMo, puur aangezien het weinig directe aandacht van me nodig heeft.

Ieder jaar in november laten mannen van over de hele wereld hun snor staan om aandacht te trekken en geld in te zamelen voor prostaatkanker. Ze noemen het Movember.




Hoewel ik tot nu toe niet heel serieus heb meegedaan en ik het meer gebruikt heb als een reden om me gewoon een maand lang helemaal niet te scheren, heb ik dit jaar besloten om in ieder geval mijn snor te laten staan, te onderhouden, en er voor te zorgen dat het ook alleen de snor is die ik laat staan. Ik doe het nog niet om geld in te zamelen, grotendeels omdat ik niet echt een idee heb hoe ik in vredesnaam sponsors moet werven voor het concept 'ik ga een maand lang mijn snor laten staan'...

Vanavond om middernacht tikt de klok door naar morgen. Vanavond om middernacht gaat november in en beginnen de twee evenementen waar ik ieder jaar weer met veel plezier naar uitkijk...

Ik heb er weer zin in!

donderdag 30 oktober 2014

Minder dan fantastisch

Toen ik schreef over het doen van de 30-day challenges, maakte ik me heel veel zorgen over het feit dat ik moeite zou hebben met het volhouden van de uitdagingen. Dat zou kunnen komen door een gebrek aan motivatie of uithoudingsvermogen, maar misschien ook nog doordat mijn leven in de weg zou komen te zitten. Ik zou het te druk kunnen hebben, niet genoeg tijd op een dag kunnen vinden om het met een redelijke inzet te doen, of misschien zou ik het wel vergeten. Ik ben en blijf immers een mens, ook al zouden veel mensen willen beweren dat ik beter ben.

Waar ik geen rekening mee had gehouden, was dat ik ook een normaal lichaam heb. Hoewel ik, dankzij een uitstekende opvoeding, een goede gezondheid heb, ben ik nog steeds in staat om ziek te worden.
De afgelopen week was ik dan ook niet helemaal in orde. Dinsdag avond, aan het einde van een helse nacht op het werk waarbij het de eerste keer was dat ik echt alleen moest sluiten, begon het eerste gevoel van een griepje al. Ik stond wat wankel op mijn benen en voelde me een beetje lichthoofdig. Destijds gaf ik de schuld aan het feit dat ik een drukke dag achter de rug had, aangezien ik vanuit het buurthuis bijna rechtstreeks naar de Albert Heijn was gegaan, met alleen maar een tussenpauze thuis om snel even wat eten in mijn mond te proppen.

De volgende ochtend werd ik wakker met wat ik zelf beschreef als een prop in mijn keel. Ik had het gevoel dat er iets vast zat, net aan het begin van mijn keel, maar besefte al snel dat het niet iets fysieks was. Mijn keel was gewoon sterk geïrriteerd en deed pijn. Dat soort dingen gebeuren en ik ben gewoon mee gegaan met mijn moeder om haar weer te helpen met haar klasje van meerbegaafden.

Nu ben ik opgevoed om me niet aan te stellen. Als ik me een beetje ziekjes voel zal ik eerder gewoon koppig doorgaan of, als het echt heel erg wordt, twee paracetamol achterover slaan voor ik ergens mee bezig ga dan dat ik een thermometer pak om mijn temperatuur te meten. Donderdag ochtend voelde ik me echter beroerd genoeg om toe te geven dat ik niet helemaal in orde was, dus ik nam mezelf voor om het even wat rustiger aan te doen de komende dagen.

Op vrijdag avond gaf mijn teamleider van scouting het vervelende nieuws dat hij ook griep had en dat zijn stem helemaal weg was. Dat was wel nadelig, aangezien we de volgende dag gingen installeren en ik de enige andere geïnstalleerde leiding was. Onze derde leiding zou die dag geïnstalleerd worden.

Dus ik heb op zaterdag de vier nieuwe verkenners en de nieuwe leiding officieel verwelkomd in onze groep, waarbij een lid van het bestuur aanwezig was om de leiding te installeren. Ik had met mijn teamleider nog snel, op fluistertoon, de ceremonie doorgesproken, en daarna viel het allemaal op mijn schouders. We begonnen de ceremonie met de melding dat twee van de leiding niet helemaal lekker waren en dat we het op prijs stelden als iedereen het een beetje rustig aan zou doen, wat tot onze verrassing tot meer rust leidde dan we tot dan toe mee hadden gemaakt bij het installeren.

Op zondag ben ik weer aan de slag gegaan bij de Albert Heijn. Ik voelde me 's ochtends slechter dan ik me zaterdag had gevoeld, maar, zoals ik hierboven al had vermeld, met twee paracetamol achter mijn kiezen was ik aan de slag gegaan en, hoewel het laat werd, hebben mijn team en ik het die dag toch ook maar weer geklaard. De koppenploeg leiden gaat bij mij, gelukkig, al meer op de automatische piloot, iets waarvan ik hoop dat het snel op de 'normale' doordeweekse avonden komt.

Maandag voelde ik me eindelijk beroerd genoeg om, na een kop koffie 's ochtends vroeg, te beslissen dat ik die dag maar eens in bed door zou brengen. Met 'The Sleeping Dragon' ben ik de dag wel door gekomen en ik heb het boek bijna in één ruk uitgelezen (de dag ervoor had ik ook al tachtig pagina's gelezen...). 's Avonds ben ik wel gewoon naar mijn yoga gegaan, maar bij een paar van de intensievere oefeningen moest ik toch besluiten om ze uit te zitten en mijn beroerde kop wat ademruimte te geven.

Dinsdag was mijn koppigheid eindelijk voorbij. De avond ervoor voelde ik me al niet zo denderend, maar besloot ik om mijn wekker gewoon op tijd af te laten gaan om me, eventueel, ziek te kunnen melden voor de Albert Heijn.
Die nacht heb ik alle uren meegemaakt, grotendeels omdat ik mezelf om het uur wel een keer wakker kuchte en dan even snel naar de klok op mijn radio keek. Het idee van 'ik kijk wel hoe ik me voel' werd al snel 'waarschijnlijk meld ik me gewoon ziek' in de loop van de nacht.
In de ochtend voelde ik me echter bijzonder redelijk en besloot ik toch maar gewoon mijn temperatuur te nemen. Ik had geen abnormale verhoging, dus ben ik gewoon weer naar het buurthuis gegaan en daarna, na een snelle maaltijd thuis, meteen weer door naar een helse dag bij de Albert Heijn.

Woensdag was ik bijna helemaal okay. Die dag ging best goed. Net zoals vandaag.

Maar, ondanks alle dagen dat ik me beroerd voelde, mag ik toch best trots zijn om te zeggen dat ik geen enkele dag van de 30-day abs challenge heb laten schieten. Hoe beroerd het ook ging, altijd heb ik wel een kwartiertje genomen om even die oefeningen te doen.
Misschien was het niet de meest gezonde optie, maar, zoals altijd, vandaag ben ik weer okay en is het beroerde gevoel praktisch weg.

Even afkloppen.

vrijdag 24 oktober 2014

Fantasy boeken...

Ik ben natuurlijk niet de enige persoon die af en toe wel eens een blogje schrijft. Ik volg genoeg blogs, grotendeels over mijn grote hobby Dungeons and Dragons, waarbij verschillende onderwerpen over het spel en de dingen er omheen behandeld kunnen worden.
Recentelijk zag ik, op een blog genaamd 'Dungeon's Master', een discussie over het 'spelen van jezelf', in plaats van het spelen van een karakter dat je hebt gemaakt en een persoonlijkheid hebt gegeven. Ik herkende mezelf er in, omdat ik ooit eens een concept voor een boek of verhaal had bedacht waarin ik mezelf min of meer zou moeten schrijven. Ik had zelfs een begin gemaakt, maar ik merkte al snel dat ik mezelf niet herkende in wat ik schreef en dat ik, bijna automatisch, terug greep naar een standaard heroïsche persoonlijkheid.

In de blogpost wordt geschreven over een serie boeken genaamd de 'Guardians of the Flame', geschreven door Joel Rosenberg (overleden in juni van 2011), waarmee een goed voorbeeld werd gegeven van mensen die 'zichzelf' speelden in hun favoriete Fantasy Role Playing Game. De schrijver van het blog vertelde dat, hoewel de serie tien boeken besloeg, het na boek vijf aanzienlijk minder goed werd, omdat de hoofdpersonen op dat moment allemaal overleden waren en het verhaal werd overgenomen door hun nageslacht. Naar zijn idee haalde het te veel van het originele concept af, terwijl juist het originele concept een belangrijk deel was geweest voor hem.
Nu ben ik iemand die het altijd leuk vindt om te lezen. Vroeger deed ik het een heleboel in mijn vrije tijd en verslond ik het ene boek na het andere, maar tegenwoordig doe ik het meer terwijl ik in de trein of bus zit en maar zelden als ik thuis zit, waardoor het allemaal wat langzamer gaat. Dat betekent echter niet dat ik het niet meer leuk vind, ik heb 21 boeken van de Horus Heresy serie liggen (en dat zijn ze nog lang niet allemaal), waarvan ik gisteren toevallig boek 17 heb afgerond, maar toen ik de lovende woorden van de schrijver over de boeken las, besloot ik simpelweg om het eerste boek te kopen en de Horus Heresy even te laten liggen. Die zou voorlopig toch nog nergens heen gaan, het zou alleen betekenen dat ik wat meer in te halen zou hebben.
Op Bol.com kon ik het eerste deel, The Sleeping Dragon, niet meer nieuw kopen. Het was al een erg oud boek, maar er was nog wel een antiquariaat dat een kopie had en tweedehands wilde verkopen.
Voor een tientje, inclusief verzendkosten, kon ik het gewoon niet laten.

De originele kaft
 
Vandaag, vroeg in de middag, werd een pakketje door de brievenbus heen gegooid. Het was simpel, bruin papier met een nette sticker er op geplakt met mijn naam en adres er op, dus ik had wel zo'n donkerbruin vermoeden van wat er in het pakketje zou zitten. Met een mesje sneed ik voorzichtig door het net opgeplakte plakband heen (alle hulde voor de persoon die het had ingepakt!) en al snel had ik het boek voor me liggen.
Ik schrok een beetje. De aanbieding op bol.com zei dat het boek nog in een goede staat was, iets dat ik absoluut niet kon ontkennen. De kaft had een minimale kreukel van het openen aan de kant van de rug en er zat minimale schade in de hoeken, maar dat zijn allemaal dingen die je verwacht van een tweedehands boek. Het had er veel slechter uit kunnen zien.
Nee, waar ik van schrok waren de pagina's. De buitenste randen van het papier waren al zo vergeeld dat ze bijna okergeel genoemd konden worden. Met een beetje zorgen sloeg ik het boek open, maar zag tot mijn opluchting dat het met de binnenkant van de pagina's wel mee viel met die vergeling. Het was nog goed te lezen, maar ik wist wel dat ik voorzichtig met de pagina's om zou moeten gaan.
Zoals altijd, draaide ik het boek meteen om en begon ik de samenvatting op de achterkant te lezen. Hoewel de rugteksten naar mijn smaak vooral bedoeld zijn om twijfelende mensen in de boekenwinkel over te halen het boek toch te kopen, vind ik dat ze me ook een goed begin geven om in de smaak van het boek te komen.

It began as just another evening of Fantasy gaming, with James, Karl, Andrea, and the rest ready to assume their various roles as wizard, cleric, warrior, or thief.
But sorcerous gamemaster Professor Deighton had something else planned for this unsuspecting group of college students.
And the "game" soon became a matter of life and death as the seven adventurers found themselves transported to an alternate world and into the bodies of the actual characters they had been pretending to be.

Cast into a land where magic worked all too well, dragons were a fire-breathing menace, and only those quick enough with a sword or their wits survived, the young gamers faced a terrible task.
For the only way they would ever see Earth again was if they could find the legendary Gate Between Worlds - a place guarded by the most terrifying and deadly enemy of all...

Best een goede manier om mensen op de hoogte te brengen van het algemene plot van het boek, maar terwijl ik dit aan het lezen was, moest ik heel erg denken aan een serie waarin iets vergelijkbaars plaats vond...

 

Ik moest grinniken toen ik hieraan dacht en begon, puur voor de lol, het bovenstaande filmpje op te zoeken op YouTube. Toen zag ik dat de tekenfilm eigenlijk al best oud was, uit 1983 alweer...
Ik keek naar het boek, sloeg het open, en zag de eerste druk: november, 1983.
Toen begonnen er radertjes te draaien in mijn hoofd. Als meermalig deelnemer aan NaNoWriMo weet ik dat het mogelijk is om een manuscript neer te zetten in een maand of minder, maar als iemand die ook een paar boeken heeft uitgegeven en zijn bachelorscriptie heeft gebaseerd op het uitgeefproces weet ik dat er een langdurig proces tussen het afronden van het manuscript en het uitgeven van de eerste druk zit.
Dus ik ging nog wat verder zoeken, in de hoop dat dit toeval was en dat dit niet een boek was dat op zijn minst sterk geïnspirereerd was door een (middelmatige) tekenfilmserie gericht op jonge tieners. De serie was begonnen in 1983, hetzelfde jaar als de eerste druk van The Sleeping Dragon, maar na wat rondgraven (lees: schaamteloos Wikipedia lezen) kwam ik er achter dat de serie liep van 17 september, 1983 (eerste uitzending van de eerste aflevering) tot 7 december, 1985 (eerste uitzending van de laatste aflevering). Met de kennis van het uitgeefproces die ik in mijn bezit heb, denk ik wel te kunnen concluderen dat Rosenberg zijn inspiratie niet uit de Dungeons and Dragons serie heeft gehaald.

Wat echter niet valt te ontkennen is dat het hoogstwaarschijnlijk wel is gebaseerd op het rollenspel Dungeons & Dragons (DnD), waarvan de eerste editie in 1974 uitkwam en de verbeterde, gecorrigeerde en uitgebreidde versie 'Advanced Dungeons & Dragons' (ADnD) uit was gekomen in 1977. Zelfs de eerste pagina van het boek beschrijft een situatie zoals je die typisch in een DnD spel tegen komt:

"You find yourselves on a hilltop, overlooking a vast walled city," the professor began. "Beside your party is a collection of large wooden boxes. You have no recollection of how you got to this hillside, and the only possibility that suggests itself is too incredible to be taken seriously..."
"What are we going to do about these boxes?" Andre asked.
"Open them, of course," Doria answered.
"Okay, fine, I'll open them."
"No, don't-"
"As the first box is opened, you are overwhelmed by a rush of..."
James Michael couldn't hear the rest; a rus of sound like the roar of an impossibly loud, impossibly near jet buffeted his ears; acrid smoke invaded his nostrils until he found himself on his knees in a coughing spasm, his tearing eyes jammed shut.
When he opened his eyes again, James Michael was standing on the side of a grassy hill, a dwarf with an axe in his hands...

Hoewel het wel een beetje cliché is, zet het duidelijk de toon en toont het ook meteen aan dat, ja, dit was waarschijnlijk sterk geïnspireerd door een snel aan populariteit winnend rollenspel. En dat mag, er is immers niets mis met je laten inspireren door iets of iemand anders.
Het betekent voor mij alleen maar dat het begin heel interessant gaat worden, en dat ik hoop dat er nog meer herkenbare dingen terug gaan komen...

woensdag 22 oktober 2014

30-day challenge

Inmiddels alweer een lange tijd geleden, kwam ik voor het eerst in aanraking met het fenomeen van de 30-day fitness challenge. Het was een concept dat was ontwikkeld om iemand over de loop van 30 dagen in staat te maken om een grote hoeveelheid herhalingen van een bepaalde oefening te doen. De 30-day challenge waar ik destijds van hoorde bracht je van 50 squats op dag 1, helemaal naar 250 squats op dag 30.
Destijds leek het me niets voor mij. Ik had het idee dat het niet iets was dat ik af kon maken, grotendeels vanwege het feit dat ik de neiging heb om compromissen te sluiten met mezelf. Dan dacht ik dingen als 'als ik morgen voor twee dagen doe, hoef ik het vandaag niet te doen' als ik het uitzonderlijk druk had die dag. De volgende dag deed ik er dan maar een, misschien omdat ik het vergeten was... of zou ik gedemotiveerd raken en besluiten er maar helemaal mee op te houden.
Met die dingen in mijn achterhoofd heb ik er destijds dan ook voor gekozen om helemaal niets te doen met het concept en het lekker links te laten liggen. Niemand kon me dwingen en, zolang ik er niks over zou zeggen, zou ook niemand het weten.

Het idee van de 30-day challenge is lang verbannen geweest naar mijn achterhoofd. Waar je niet aan denkt, heb je immers geen last van.
Ruim een jaar later, echter, kwam ik op een website een plaatje tegen met 'we challenge you!' en daaronder vier verschillende uitdagingen die je fitheid zouden moeten bevorderen. Ik besloot het ondenkbare te doen en de uitdaging aan te gaan, mijn eigen kleine onzekerheden even vergetend. Ik printte de afbeelding uit, plakte hem uitdagend op de deur van mijn kamer en ging gelijk aan de slag.
De eerste dag bestond uit 50 squats, 5 push-ups, 20 seconden planking en 25 crunches. Het werd mij beloofd dat ik aan het einde 250 squats, 50 push-ups, 5 minuten planking en 150 crunches zou moeten kunnen doen, iets waar ik skeptisch over was, maar wat ik graag zou zien gebeuren.
30 dagen later, op 21 oktober, was de laatste dag. Ik had aardig wat moeten schipperen om iedere dag de oefeningen te kunnen doen, waaronder eerder opstaan en harder rijden om mijn afspraken nog te kunnen halen, maar ik had bijna iedere dag de oefeningen gedaan. Alleen voor de laatste dag moest ik een beetje vals spelen, omdat dinsdag de vaste dag voor mijn vrijwilligerswerk bij het EveNaarHuis is en ik die avond ook nog op mijn werk moest zijn. Ik had amper tijd om te eten tussen de twee activiteiten door, dus besloot ik om de dag ervoor, wel ná middernacht, de oefeningen alvast te doen, zodat ik niet hoefde te zeggen dat ik aan het eind alsnog had gefaald.


Het was duidelijk dat sommige oefeningen makkelijker waren dan anderen. De squats heb ik iedere dag in één keer kunnen doen, al werden ze tegen het einde wel vervelend en kreeg ik het gevoel dat mijn benen er zwaarder van langs kregen dan de bilspieren die er door getraind moesten worden. De pushups moest ik tegen het einde, vanaf het moment dat het er 30 waren, toch echt in twee keer doen. Planking lukte me echt niet langer dan 3,5 minuten achter elkaar voor ik echt in elkaar stortte, dus ben ik, toen het vier minuten werd, begonnen met ze in twee sets van twee minuten te doen, en twee sets van 2,5 minuut voor de laatste dag.
De crunches waren het pittigste, maar daar zag ik ook de meeste vooruitgang in. In het begin haalde ik er amper tien achter elkaar, maar de laatste dag deed ik de 150 crunches in drie sets van 50, dus dat was zeker een positief ding.
Wat, denk ik, heeft geholpen, is dat ik de afbeelding heb uitgeprint en dat ik actief bij ben gaan houden wanneer ik een oefening af had gerond. Als ik een dag geen kruisje bij elke oefening had kunnen zetten, was die lege plek me aan gaan kijken en was ik er waarschijnlijk helemaal mee opgehouden, maar het was elke keer toch weer een bevredigend gevoel om die vier kruisjes te kunnen zetten en voor mezelf te zeggen dat ik het toch weer goed heb gedaan.

Ik weet eigenlijk niet wat de bedoeling is met de 30-day challenges, nadat je ze afgerond hebt. Als ik ze laat liggen was het natuurlijk allemaal voor niets en is het slechts een kwestie van tijd voor ik weer helemaal terug bij af ben, maar het idee om nu iedere dag de 30ste dag van de challenge te gaan doen staat me ook tegen.
... Daarom heb ik besloten om een andere route in te slaan. In plaats van helemaal niets te doen, ga ik door met een andere challenge. In dit geval wordt het de '30-day Ab Challenge' genoemd, in de hoop dat ik toch nog iets van buikspieren kan ontwikkelen.


Ik weet wel al dat ik een weekend met scouting ga hebben, tegen het einde van november, dat me sowieso in de weg gaat zitten. Ik hoop alleen maar dat het niet in de weg van de fitness gaat zitten, omdat het nogal ongemakkelijk zal zijn als ik tijdens zo'n weekend met allemaal verkenners om me heen opeens fitness oefeningen ga doen...

woensdag 15 oktober 2014

Gears of War... Met familie

Alweer een tijdje terug, in juli van 2013, heb ik een beschrijving gemaakt van de verschillende games die ik niet in ging ruilen in de winkel, waaronder games als Army of Two, HAWX en, zoals de titel al suggereert, Gears of War.
Destijds had ik het er over dat ik Gears of War en Gears of War 2 allebei met mijn broertje had uitgespeeld, maar dat de XBOX van de woonkamer naar mijn slaapkamer was verplaatst voor Gears of War 3 uit kwam, wat betekende dat ik dat spel in mijn eentje uit heb gespeeld. Het was nog wel leuk, maar toch miste ik wat. In juli was ik er pessimistisch over dat ik ooit nog een keer de co-op van Gears 3 uit zou spelen, maar ik had me er bij neergelegd en kon er mee leven.
Wat ik niet had verwacht, was dat mijn broertje afgelopen zondag avond, nadat ik terug kwam van mijn werk, mijn kamer binnen kwam lopen en vroeg 'zullen we morgen avond eens Gears gaan doen?'.
Natuurlijk moest ik ja zeggen. Niet alleen was het voor mij nog steeds een doel om met hem de co-op campagne uit te spelen, ook had ik al een tijdje het gevoel dat de manier waarop we over onze relatie met elkaar praatten eigenlijk net iets te veel waarheid bevatte. We zitten allebei op onze kamer onze eigen dingen te doen, maar als we samen werken of aan tafel in gesprek zijn kan je zien dat we veel dingen gemeen hebben.
Dus, maandag avond, nadat hij terug was gekomen van zijn zwemmen, pakte ik mijn lang ongebruikte tweede controller, duwde die in zijn handen, en deed Gears of War 3 in de CD-lade van de XBOX.

Gears of War 3
Gears of War 3

Nu is die jongen een PS3 gamer, dus was het voor hem weer even wennen aan de XBOX controller, die toch enige verschillen toonde met die van het apparaat van Sony. Hij was er echter binnen no-time aan gewend en rende net zo hard achter mij aan, op zoek naar de volgende lading Lambent om te beschieten.
Hij vond al snel de Longshot, waarmee hij van een afstandje heerlijk de verschillende vijanden uit kon schakelen terwijl ik meer naar voren rende en alles bezig hield, waarbij ik helaas vaak snel overrompeld werd en weer geholpen moest worden. Toen de Retro Lancer beschikbaar werd, waarmee je een rennende aanval uit kan voeren die, als je contact maakt met een vijand na een korte aanloop, alle normale vijanden in één keer uit schakelde, merkte ik pas echt dat onze stijlen zo veel van elkaar verschilden dat we elkaar nog maar amper in de weg zaten. Hij werkte van een afstandje en schoot af en toe een doelwit van me af voor ik het kon bereiken en ik zat er midden in en spieste af en toe een vijand waar hij net op aan het richten was aan mijn bajonet.
De dag daarna, dinsdag, zou hij eigenlijk met zijn scouting groep een vuurtje gaan bouwen en gezellig gaan doen. Ik had die ochtend een BHV cursus en was die middag, in verband met de problemen met het spoor, met de auto naar het buurthuis gegaan. Onderweg terug naar huis ging ik nog even langs de Albert Heijn, waar ik een bericht binnen kreeg. Het was mijn broertje, die me vroeg of ik nog plannen had die avond. In verband met het slechte weer gingen zijn scoutingplannen niet door en had hij een avondje tijd te doden.
Op maandag avond hadden we twee van de vijf acts afgerond, we zouden net terug gaan naar Anvil Gate toen we besloten om er een einde aan te breien. Ik moest de volgende ochtend immers naar die eerder genoemde BHV cursus en moest er weer vroeg voor op. Dinsdag had mijn broertje duidelijk de smaak te pakken, want we rondden het spel meteen af, waarbij we tot in de kleine uurtjes door zijn gegaan. Tegen het einde hadden we een hoop lol en een hoop geschiet er op zitten. We waren allebei een paar keer de reden van een reload geweest. We hadden op elkaar gescholden, we hadden samen gelachen om stommiteiten.
Het was fantastisch.

Net, na het eten, vroeg hij of we verder konden gaan met Gears of War: Judgement. Natuurlijk zei ik ja.

vrijdag 10 oktober 2014

Solliciteren

Na een periode van stilte besluit ik dan toch maar weer eens aan de slag te gaan met dat blogje van mij. Het is nu bijna negen maanden geleden dat ik het laatste verhaaltje heb geschreven, over een lading boeken die ik zelf had gelezen, maar recentelijk werd het mij toch maar weer aangeraden om weer eens te beginnen.
Sinds april ben ik aan het solliciteren om eens een keer de echte wereld in te kunnen gaan. Hiervoor heb ik een training gevolgd en ben ik naar verschillende lezingen en workshops gegaan van mensen die er verstand over hebben. Bij twee van deze workshops was een man aanwezig die heel lang bij de ING had gewerkt als Web Editor en Content Manager, naast vrijwilligerswerk bij de plaatselijke tak van RTV als redacteur. Allemaal fantastische dingen, waarvan ik weet dat het voor mij geen straf zou zijn als ik daar ook mijn carrière in zou kunnen maken.
We raakten in gesprek - hoe had ik anders al deze dingen over hem kunnen weten - en hij raadde mij aan om een portfolio op te bouwen. Ik zei hem dat ik wel een blogje had, maar dat het al enkele keren in ernstig verval was geraakt. Hij raadde me aan om gewoon weer te beginnen met schrijven en me geen zorgen te gaan maken dat ik schrijf over wat mensen interessant vinden, maar dat ik schrijf over dingen die mij bezig houden.
Dat deed me denken aan het blog dat mijn vader een lange tijd had onderhouden, Middelpunten. Hij was er mee begonnen om te schrijven over zijn tocht naar de verschillende middelpunten van Nederland, maar was vervolgens verder gegaan met vertellen over de verschillende dingen die hem gebeurden en die hem bezig hielden. Hier kwam vaak een heleboel onderzoek bij te pas, omdat hij een hekel heeft aan incorrecte informatie geven, dus was vaak te zien hoe hij peinzend achter zijn computer zat, met boeken voor zijn neus en hele verhalen uitgeschreven op kladblaadjes met schetsen en tekeningen er naast. Het was indrukwekkend om te zien, vooral als je keek naar de verhalen die er soms uit kwamen rollen over, bijvoorbeeld, de Watersnoodramp, die zijn vader - mijn opa, dus - had meegemaakt.

Ik had nooit nagedacht over het maken van een portfolio voor mijn sollicitaties. Volgens mij is dit blog wel ooit zo begonnen, omdat ik graag als collumnist wilde gaan werken en ik wilde oefenen in het schrijven van teksten, maar dat doel is verloren gegaan na de eerste grote stilte. Met dat in het achterhoofd heb ik vandaag dan toch weer een app gedownload voor mijn Microsoft Surface - want waarom zou je nog je browser gebruiken, tegenwoordig? - en ben ik begonnen met tikken terwijl mijn moeder en haar vriendin in de woonkamer aan het knutselen waren.
Gezellig!