Mensen die mij al langer kennen, weten dat er, over het algemeen, twee evenementen zijn waar ik ieder jaar opnieuw weer aan mee doe.
Over het algemeen houd ik heel erg van vastigheid, dat ik weet waar ik aan toe ben en wanneer mij iets te wachten staat. Jaarlijks terugkerende evenementen helpen daar heel goed mee, aangezien ik weet dat ze er aan komen en ik me er dus afdoende op kan voorbereiden.
Een voorbeeld van zo'n evenement zou het jaarlijks terugkerende zomerkamp zijn, waarbij ik met mijn verkenners een week lang op pad ga en na die week moe, chagrijnig en voldaan weer terugkeer naar huis. Dat is echter niet echt relevant op het moment.
Met november om de hoek is het voor de mensen die mij kennen echter wel duidelijk wat er aan de hand is en wat er aan zit te komen.
Al sinds 2010 doe ik ieder jaar mee aan NaNoWriMo, het jaarlijkse schrijfevenement waarin je dertig dagen besteedt aan absolute literaire overgave en alles op alles zet om, in die dertig dagen, een min of meer samenhangend verhaal van minstens 50.000 woorden op papier te zetten. Kwantiteit neemt duidelijk de voorkeur over kwaliteit en iedereen wordt aangeraden om in ieder geval iedere dag minimaal 1.666 woorden te schrijven om maar dat minimum van 50.000 woorden te halen.
Toen ik vorig jaar, in 2013, de uitdaging voor de vierde keer op rij met succes had afgerond, vroeg ik me af of ik dit jaar mijn gebruikelijke modus operandi aan moest passen. Ik had er zelfs een blogje over gepend destijds, waarin ik me af vroeg of het misschien beter zou zijn om mijn dagelijkse quota van 5.000 woorden te verhogen naar 7.500 woorden, maar uiteindelijk besloot ik dat het, naast een fulltime baan, waarschijnlijk onmogelijk zou zijn om vol te houden.
Toen ik dat blogje pende, kon ik natuurlijk niet voorzien dat ik van begin mei tot nu druk bezig zou zijn met vruchteloos werk zoeken en dat ik er, tot gisteren, van uit ging dat ik november werkloos in zou gaan. Maar na wat ik vandaag te horen kreeg, begon ik te vermoeden dat ik misschien toch een beetje een vooruitziende blik had.
Inderdaad, vandaag werd ik gebeld door de jongen met wie ik gisteren een sollicitatiegesprek heb gehouden. Hij en zijn compagnon waren tijdens het gesprek al sterk positief en begonnen al met dingen te komen die ik bij hen in het bedrijf zou kunnen doen, maar ze wilden het er eerst nog even over hebben zonder mij erbij. Ze zouden me terug bellen en vanmiddag hebben ze dat dan ook gedaan. Er zijn nog wat formaliteiten af te ronden, maar we zijn het er alledrie mee eens dat ik het beste zo snel mogelijk kan beginnen als directieassistent.
Nu is het natuurlijk fantastisch om een baan te hebben, ook al is het een sterk gesubsidieerde baan die mij maar 500 euro per maand oplevert, ik krijg eindelijk de kans om wat relevante werkervaring op te doen die niet van de Albert Heijn komt. Het betekent echter wel dat ik niet alleen verwacht wordt om fulltime beschikbaar te zijn, ook wordt er van mij verwacht dat ik flexibel ben met mijn tijden. Het kan zijn dat ik de ene dag gewoon van negen tot vijf aan het werk ben met een project en dat ik de hele dag ongestoord aan de slag ben, maar het kan ook zijn dat de directie naar een evenement moet en een BOB nodig heeft.
De kans is dus redelijk aanwezig dat ik die dagelijkse 5.000 woorden niet ga halen, puur omdat ik het, naast de Albert Heijn, Alltime BV en alle andere dingen die ik regelmatig doe (Dungeons and Dragons met mijn vrienden, de 30 day challenges, scouting...), gewoon te druk heb om die twee en een half uur per dag uit te trekken...
Dit jaar is, na 2010, ook het jaar dat ik me, naar mijn idee, het slechtste heb voorbereid op het verhaal dat ik ga schrijven. In 2010 kreeg ik voor het eerst van een vriend te horen dat er een concept is als NaNoWriMo, en die vriend nodigde mij ongeveer vijf dagen voor het evenement daadwerkelijk begon uit om er ook aan mee te doen, omdat hij wist dat ik ook van schrijven hield. Ik besloot toen om, in alle haast, een concept waar ik al een tijdje mee speelde uit te gaan werken, maar het was redelijk gehaast en de notities die ik in die vijf dagen had gemaakt waren niet genoeg om naar het einde van het verhaal te leiden.
Uiteindelijk was het wel genoeg om de 50.000 woorden te halen en heb ik, uiteindelijk, dat verhaal en het vervolg er op ook uitgegeven.
Dit jaar heb ik me ook weer beroerd voorbereid. De notities die ik heb zijn goed voor de helft, misschien tweederde van het verhaal dat ik wil schrijven, maar dat betekent niet dat ik het verhaal niet af zou kunnen ronden. Ieder jaar zie ik weer dat, als ik een beetje in de zone ben, mijn karakters het verhaal over nemen en het in richtingen sturen die ik zelf nog niet eens bedacht had. Ieder jaar zie ik weer dat het einde dat ik uit mezelf tik vaak beter is dan het einde dat ik gepland had, waarbij ik mijn notities vaak zelfs nog wat aanpas, als ik ze al had.
Ik heb er dus wel wat vertrouwen in.
Het tweede jaarlijkse evenement waar ik het over wilde hebben neemt gelukkig niet zo veel tijd in als NaNoWriMo, puur aangezien het weinig directe aandacht van me nodig heeft.
Ieder jaar in november laten mannen van over de hele wereld hun snor staan om aandacht te trekken en geld in te zamelen voor prostaatkanker. Ze noemen het Movember.
Hoewel ik tot nu toe niet heel serieus heb meegedaan en ik het meer gebruikt heb als een reden om me gewoon een maand lang helemaal niet te scheren, heb ik dit jaar besloten om in ieder geval mijn snor te laten staan, te onderhouden, en er voor te zorgen dat het ook alleen de snor is die ik laat staan. Ik doe het nog niet om geld in te zamelen, grotendeels omdat ik niet echt een idee heb hoe ik in vredesnaam sponsors moet werven voor het concept 'ik ga een maand lang mijn snor laten staan'...
Vanavond om middernacht tikt de klok door naar morgen. Vanavond om middernacht gaat november in en beginnen de twee evenementen waar ik ieder jaar weer met veel plezier naar uitkijk...
Ik heb er weer zin in!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten